Plots merk je dat de benen van je peuter dubbel zo lang geworden zijn. Kleedjes zijn T-shirts of in het beste geval tuniekjes geworden. Van de leggings vraag je je af of ze altijd al shortjes waren. En rokjes vind je nergens terug. Heeft ze nu werkelijk nog nooit een rokje gedragen?
Vrijwel gelijktijdig met die vaststellingen, werd er grote schoonmaak gehouden in onze kleerkasten. Een deel weggeven. Een deel in de ‘misschien-ooit-iets-mee-naaien’-kist. En met het deel dat uit de kist puilde, maakten we meteen rokjes voor onze meid.
Rokjes zoals deze, één uit een jurk en één uit een rok. Op één-twee-drie in elkaar gestoken met dit eenvoudige, leuke patroontje van de dromenfabriek. Snelle projectjes, heerlijk soms als je snel een peuterkleerkast moet aanvullen.
Voor het zwarte rokje voegde ik aan de stofvouw een strook van 10 cm toe. Zo kon ik het rokje fronsen. Met dat losse stofje zou het leuk zwieren, dacht ik. Klopt!
De zoom viel ook te recupereren. Een meevallertje. (Met de tweelingnaald ben ik nog steeds matig bevriend, maar we werken aan een hechtere band.) Voor de tailleband vond ik nog een restje dat net lang genoeg was.
Voor de tailleband van het streepjesrokje knipte ik een strook van 8 cm bovenaan erbij zodat er plaats was voor een elastiek. (Voor onze meid was misschien iets minder ook al genoeg geweest.)
Activiteiten voor het slapengaan: De brug op en af lopen.”Oefoef” roepen naar de eenden die wellicht te veel op honden lijken. Fietsers aanspreken met “Aaaallloooooo”. Hard weglopen van de camera. En vastberaden protesteren tegen de fietsstoel want wandelen naar huis lijkt efficiënter.